Terreur in Xinjiang

Terreur in Xinjiang: ‘Westen nam terrorisme in China lang niet serieus’

Bij een grote terreuraanval in de autonome Chinese provincie Xinjiang kwamen afgelopen zondag volgens Chinese staatsmedia zeker vijftig mensen om het leven. In Xinjiang is het al langere tijd onrustig, met veel spanningen tussen islamitische Oeigoeren en Han-Chinezen. Wat is er precies aan de hand? We bellen met Marije Vlaskamp, China-correspondent van de Volkskrant.

Oeigoeren Map Oost-Turkestan

In Xinjiang botsen Oeigoeren en Han-Chinezen steeds vaker en heftiger, regelmatig met doden tot gevolg. Wat is de oorsprong van het conflict?

‘Oorspronkelijk werd Xinjiang – rijk aan landbouwgrond en grondstoffen als koper, goud, tin en gas – vooral bewoond door Oeigoeren. De Han-chinezen, de dominante etnische groep in China, trekken al honderden jaren erheen, maar dat proces werd versneld toen Mao Zedong na de revolutie in 1949 bepaalde dat West-China moest worden ontgonnen en er dus hele dorpen richting Xinjiang moesten vertrekken. Voor de Oeigoeren is Xinjiang echt hun thuisland, ze hebben er ook een tijdje een onafhankelijke staat gehad. Nu maken ze nog maar 45 procent van de totale bevolking uit. Ze zijn in hun eigen gebied in de minderheid, en zo worden ze ook behandeld.’

Hoe uit zich dat precies?
‘De Oeigoeren zijn islamitisch, maar daar is weinig ruimte voor. Oeigoerse ambtenaren mogen geen godsdienst hebben, de rest mag alleen naar moskeeën die onder toezicht van de staat staan. Kinderen mogen überhaupt niet naar de moskee. Ook het bestuur wordt gedomineerd door Han-Chinezen. De voorzitter is altijd een Han-Chinees. Daaronder staat meestal wel een Oeigoer, maar die heeft weinig inspraak. Eigenlijk bepalen de Han alles wat er een beetje toe doet. Als Oeigoer kom je er niet tussen.’

Terreur in Xinjiang OeigoerenWanneer zette frustratie hierover zich om in aanslagen?
‘Eind jaren ’90 waren er een aantal knullig uitgevoerde aanslagjes. Dan had je bijvoorbeeld een paar Oeigoeren die op een politiebureau inreden en met messen om zich heen gingen maaien. Daarna kwamen aanslagen geleidelijk steeds vaker voor en ze werden ook steeds heftiger. Ze verplaatsten zich van Xinjiang naar andere plaatsen. Vooral dit jaar heeft het terrorisme een vlucht naar voren genomen. Er hebben hele akelige aanslagen en rellen plaatsgevonden, zoals in Urumxi, waarbij honderden doden zijn gevallen. Er was vorig jaar zelfs een aanslag op het plein van de Hemelse Vrede in Peking.

‘Het vreemde is dat China sinds de aanslagen van 11 september in 2001 al zegt: wij hebben ook last van terrorisme. Maar daar werd door het Westen lang afwijzend op gereageerd. Het werd niet serieus genomen.’

Waarom niet?
‘Omdat de kwestie rond de Oeigoeren in Xinjiang vaak wordt bekeken vanuit het perspectief van Chinese onderdrukking. De Westerse wereld ziet vooral een repressief regime dat vrijheden beperkt. Dat hier desondanks ook sprake is van terrorisme wilde er bij veel mensen niet in. Inmiddels hebben verschillende Oeigoeren zich aangesloten bij Islamitische Staat, of bij extremistische moslimgroeperingen in Indonesië.

‘Maar ook in China gebeurt van alles. Er worden hier aanslagen op drukbevolkte markten gepleegd. Mensen die op het station een kaartje willen kopen worden geconfronteerd met gemaskerde figuren die met kapmessen om zich heen slaan. Dat is terrorisme. Hoe wil je het anders noemen? We moeten niet met twee maten meten. Waarom vinden we het wel erg als terrorisme in Syrië gebeurt, en niet wanneer het in China plaatsvindt?’

En nu?
‘Ik sprak laatst een slimme Oeigoerse jongen en die vroeg ik hetzelfde. Hij dacht dat veel Oeigoeren naar het buitenland zullen blijven vertrekken, om ergens anders een nieuw leven op te bouwen. Het is overigens niet zo dat China niets doet om de Oeigoeren tegemoet te komen. Ze doen van alles: de vraag is echter of het werkt. Gemengde huwelijken worden aangemoedigd, werkgelegenheidsprojecten opgericht en er zijn meer dan 2000 speciale scholen voor slimme Oeigoerse kinderen. Daar worden kinderen – met toestemming van hun ouders – op scholen buiten Xinjiang klaargestoomd om later te kunnen meedraaien in het staatssysteem, tussen de Han-Chinezen. Maar ook voor Oeigoeren die niet op deze scholen zaten is het mogelijk om hun weg in dat systeem te vinden. Het is dus niet onmogelijk om te assimileren, maar al die  maatregelen lijken mij een druppel op een gloeiende plaat.’

Naast toenadering is er ook repressie. Afgelopen dinsdag kreeg een Oeigoerse denker die de etnische politiek van China bekritiseerde een levenslange gevangenisstraf opgelegd.
‘Kijk, het Chinese staatsysteem is natuurlijk geen ‘aardig’ systeem. Als buitenlandse journalist kom je Xinjiang bijna niet in. Er is geen onafhankelijke waarneming. Er zijn klikpremies voor mensen die anderen beschuldigen van het praten met buitenlandse journalisten. De enige nieuwsvoorziening die we uit Xinjiang hebben is afkomstig van Chinese staatspers, maar we weten wel dat terroristische Oeigoerse organisaties keihard worden neergeslagen. Opgepakte terroristen worden in sportstadions bijeen gedreven en geëxecuteerd.

‘Dat terreur niet wordt getolereerd zie je ook terug in dat vonnis. Het is een waarschuwingssignaal, een duidelijk antwoord op de vraag of Oeigoeren niet een pietsie meer onafhankelijkheid kunnen krijgen: ‘Nee, gewoon niet’.

‘Oeigoeren worden simpel gezegd gediscrimineerd. Ze krijgen vaak nul op het rekest als ze zich in hotels inschrijven, een huis huren in Peking huren is voor hen bijna onmogelijk. Een baan vinden is een groot probleem. Oeigoeren kunnen voor hun gevoel in China nergens heen. Ze mogen hun godsdienst niet of deels beoefenen, ze worden gediscrimineerd. De enige plek waar ze terechtkunnen is bij buitenlandse moslimbroeders. Is het dan gek dat ze radicaliseren?’

www.volkskrant.nl

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>